Egidiuslied

Geplaatst op: januari 22, 2013 door Jonkheer Jozef IV in Gedichten en reacties daarop

Egidius waer bestu bleven
Mi lanct na di gheselle mijn
Du coors die doot du liets mi tleven

Dat was gheselscap goet ende fijn
Het sceen teen moeste ghestorven sijn
Nu bestu in den troon verheven
Claerre dan der zonnen scijn
Alle vruecht es di ghegheven

Egidius waer bestu bleven
Mi lanct na di gheselle mijn
Du coors de doot du liets mi tleven

Nu bidt vor mi ic moet nog sneven
Ende in de weerelt liden pijn
Verware mijn stede di beneven
Ic moet noch zinghen een liedekijn
Nochtan moet emmer ghestorven sijn

Egidius waer bestu bleven
Mi lanct na di gheselle mijn
Du coors die doot du liets mi tleven

Deze fraaie Middelnederlandsche elegie van onbekende hand beschrijft de dood van een vriend. Egidius met name.
Desondanks beklaagt de dichter/zanger zijn eigen lot.
Want hoewel Egidius gaen jaegen is, staat hij toch aan de kant van de gelukkigen: in de hemel.
De schrijver daarentegen moet nog Egidiusloos en vol van pijn en verdriet verder leven op aarde.

Uiteraard is het lijden van een speciefieke persoon hier van geen belang. Egidius is veeleer een verpersoonlijking van eenieders lijden.

(Met dank aan Leonhardt Janschen)

Plaats een reactie